Hier moet je op letten als je doorwerkt na je pensioen - LBV | Meer dan een vakbond

Hier moet je op letten als je doorwerkt na je pensioen

Auteur: Marco Stavinga

Nieuwsoverzicht

Voor veel mensen kan het moment dat ze met pensioen gaan en niet meer hoeven te werken niet snel genoeg komen. Toch blijkt dat steeds meer mensen na hun AOW doorwerken. De cijfers van het CBS van de afgelopen 17 jaar tonen aan dat steeds meer werkende Nederlanders 65 jaar of ouder zijn. Van 2003 tot 2020 steeg het aantal AOW-gerechtigde werknemers dat doorwerkt van 225.000 naar 300.000. Volgens het CBS is dit deels te verklaren door de vergrijzing van de bevolking, maar niet helemaal. De groep AOW-gerechtigde werknemers die doorwerkt groeit namelijk harder dan de totale groep AOW-gerechtigden. Deze trend is al gaande sinds 2015, het jaar waarin het verhogen van de AOW-leeftijd werd versneld.

 

Doorwerken is echter niet voor iedere oudere werknemer even makkelijk. Wil je nog niet achter de geraniums en voel je je fit genoeg om door te blijven werken of moet je juist uit financiële overwegingen doorwerken? In beide gevallen moet je met een aantal zaken rekening houden. Doorwerken kan namelijk allerlei nadelige (financiële) gevolgen hebben. Wil je toch niet met pensioen en biedt de cao de mogelijkheid om door te werken, dan kun je met je werkgever overleggen over een nieuw contract. In sommige cao’s en arbeidsovereenkomsten is echter opgenomen dat de arbeidsovereenkomst vanzelf eindigt als een werknemer de AOW-leeftijd bereikt en dan kan je niet zomaar doorwerken, zelfs niet als je dat zelf wilt.

 

Staat er niets in je arbeidsovereenkomst of cao over doorwerken of is er helemaal geen cao, dan is doorwerken mogelijk én heb je een gunstige onderhandelingspositie. Deze positie is gunstig, omdat bepaalde premies, zoals de pensioenpremie en de premie voor de WW-uitkering niet meer worden ingehouden. Hierdoor betaalt een werkgever voor hetzelfde nettosalaris als een jongere werknemer minder werkgeverslasten en is een AOW-gerechtigde werknemer aantrekkelijk.

 

Bij ziekte is de situatie voor de AOW-gerechtigde werknemer echter ongunstiger dan voor de jongere werknemer. Een jongere werknemer heeft namelijk recht op maximaal 2 jaar loondoorbetaling. Een AOW-gerechtigde werknemer heeft maar recht op maximaal 13 weken loondoorbetaling. Tijdens die 13 weken heb je als AOW-gerechtigde werknemer wel ontslagbescherming, maar na het verstrijken van de maximale 13 weken kun je eerder ontslagen worden dan de jongere werknemer.

 

Bovendien zit het ontslag wel voor een gepensioneerde wat anders in elkaar dan voor een jongere werknemer. In cao’s of arbeidsovereenkomsten is vaak bepaald dat het ontslag van een AOW-gerechtigde werknemer niet beoordeeld wordt door het UWV of door een rechter én kan je dus makkelijker op straat worden gezet. Een ander nadeel is dat een AOW-gerechtigde werknemer bij ontslag geen recht heeft op de transitievergoeding. Ook niet als je je hele werkzame leven bij het bedrijf hebt gewerkt

 

Hoewel het aantal vaste banen onder ouderen toeneemt, werken de meeste AOW-gerechtigde werknemers met een flexibel contract. Dit biedt de AOW-gerechtigde werknemer aan de ene kant flexibiliteit zodat er niet altijd hoeft te worden gewerkt, maar ook minder zekerheid. Hoe ouder de 65-plusser wordt, hoe vaker er gewerkt wordt via een flexibele arbeidsovereenkomst.

 

Als je besluit door te werken heeft dat ook fiscale gevolgen. Iedere werkgever houdt loonheffing in en past het tarief toe dat bij je inkomen past. Omdat je echter door je AOW niet één maar twee inkomens hebt, moet je beide inkomens (werk en AOW) bij elkaar optellen en valt je totale inkomen daardoor in een hoger tarief, waardoor er te weinig loonheffing wordt ingehouden. Dat verschil komt de belastingdienst via de aanslag inkomstenbelasting natuurlijk wel gewoon bij je innen.

 

De CBS-cijfers tonen verder aan dat ouderen vanaf 67 jaar vaker als zelfstandige werken dan in loondienst. Maar ook daar heb je als AOW-gerechtigde werknemer alleen maar een nadeel van. In het beste geval heb je recht op zelfstandigenaftrek. Als dat het geval is, moet je er echter rekening mee houden dat je maar recht hebt op de helft van de zelfstandigenaftrek.

 

Met een dubbel inkomen uit de AOW en werk heeft dit natuurlijk ook gevolgen voor de zorg- of huurtoeslag die je mogelijk ontvangt. Door je hogere inkomen krijg je een lagere of misschien wel helemaal geen toeslag meer.

 

Ben je van plan door te werken na het bereiken van je AOW-gerechtigde leeftijd en wil je precies weten waar je aan toe bent? Laat je dan informeren door de deskundigen van LBV zodat je niet voor vervelende verrassingen komt te staan.

 

Marco Stavinga

 

Deze website maakt gebruik van cookies om u een optimale gebruikerservaring te bieden.

Meer info